Nieuwe Stad Magazine
Beatrijslaan 76 A
B-3110 Rotselaar
nieuwe.stad@scarlet.be
www.nieuwestad.be
 

 

 

Met een hart voor jongeren

 

Jürgen Soetens

 

Op 25 augustus ll. overleed in Hasselt bisschop Paul Schruers. Voor velen is hij gekend als ‘de bisschop op sandalen’. Maar bovenal was hij een man die ondanks of juist door zijn functie steeds weer op zoek ging naar gewone mensen. De ontmoeting met jongeren vervulde hierin een unieke plaats.

‘Monseigneur Schruers wenste me altijd proficiat omdat ik zo goed gezind bleef ook al had ik een slecht rapport.’ Deze uitspraak van een tiener typeert wie bisschop Paul was: een man die steeds het goede zag en onderstreepte, een man die het hart kon raken zoals dat slechts weinigen gegeven is.



Toen hij zelf ongeveer zestien jaar was, werd Paul Schruers getroffen door de woorden van het evangelie - die hij op zijn manier citeerde - ‘zoals de Vader van mij houdt, zo graag zie ik jullie opdat jullie vreugde volkomen zou zijn’ (vgl. Joh 15, 9-11).

Als jongere was de KSA voor hem heel belangrijk. Een leraar in het college zei ooit tegen zijn vader: ‘Als die zoon van u niet in de jeugdbeweging zou zijn geweest, zou hij misschien tien procent meer gehaald hebben.’ Zelf vond hij dit puntenverlies niet zo erg want de jeugdbeweging was een levensschool voor hem. Hij leerde er zoals hij zelf zei ‘naar het hart van jongeren kijken’. Zowel toen als later werd bisschop Paul geraakt door het voortdurend zoeken van jongeren naar de diepste zin van hun leven.

 

‘Het is een nederige generatie die beseft

 in welke ingewikkelde wereld ze leeft.’

 


‘Je moet jongeren beminnen, maar je moet ze ook laten voelen dat je ze bemint. Niet alleen met woorden, maar met heel je leven.’ Dit inzicht leerde Schruers van Don Bosco en hij maakte het heel concreet in iedere ontmoeting met jonge mensen: ‘Hoe heet je? Wat is je hobby?’ Zelden vroeg hij hoe het ging op school. Neen, hij vroeg naar datgene waar het hart lag. Velen waren dan ook blij verrast wanneer ze hem later nog eens ontmoetten en ontdekten dat hij nog steeds hun naam kende of vroeg hoe het ging met het voetballen of paardrijden. Voor hem was iedere mens uniek en de moeite waard en dat drukte hij uit door het onthouden van zijn naam.

Iemand vertelde me dat hij zei aan bisschop Paul, tijdens een van hun laatste ontmoetingen, dat hij bedroefd was omdat de klassenraad had beslist een leerling van school te sturen. De bisschop luisterde vol aandacht naar het verhaal en vroeg dan: “Hoe heet die jongen?” - “Bram.” Toen voegde hij eraan toe: “Bram, dat is toch geen moeilijke naam om te onthouden. Laten we gewoon proberen om elke dag heel concreet aan Bram te denken en voor hem te bidden.”’

 

‘Aan al het goede dat ze doen,

 besteden ze geen grote woorden.’

 


Voortdurend ging Schruers op bezoek bij zieken, bejaarden, vluchtelingen en gevangen. Het contact met de basis was voor hem immens belangrijk. Ook jongeren kregen zijn volle aandacht. Gedurende jaren gingen talrijke jongerengroepen op zaterdagochtend ontbijten op de bisschoppelijke residentie van Hasselt. Na een dergelijke ontmoeting vertelde een Chirojongen: ‘Bij ons komt hij over als een gewone man met hier en daar een grapje om het gesprek luchtig te houden. Hij is ook een persoon die een groep kan boeien, want nooit stokte de conversatie. Pas nadat wij uitvoerig over onszelf hadden verteld, gaf hij bij beetjes en waar het in het gesprek paste zijn eigen leven bloot. Alsof wat wij te vertellen hadden het voornaamste was.’

Bisschop Schruers vond hetgeen de jongeren vertelden niet alleen belangrijker dan zijn eigen leven, hij liet zich erdoor appelleren. Hij vertelde vaak dat hij in zo’n ontmoeting met jonge mensen een betere christen geworden was. In een interview drukte hij eens zijn erkenning uit: ‘Deze generatie is de beste sinds een halve eeuw. Het is een nederige generatie die beseft in welke ingewikkelde wereld ze leeft. (…) Deze jongeren stralen een zekere waardigheid uit gebaseerd op eenvoud en eerlijkheid. (…) Aan al het goede dat ze doen, besteden ze geen grote woorden. Dat siert hen en hun generatiegenoten.’



Toen hij nog maar net bisschop was, begin jaren ’70, werd Paul Schruers uitgenodigd door een groep jongeren. Wat hij van hen hoorde, greep hem zo fel aan dat hij telkens opnieuw die ervaring met anderen wilde delen. Er werd die avond gesproken over het feit dat de eerste christenen alles gemeenschappelijk bezaten. Een jongen vertelde dat hij zijn platencollectie had verkocht om het geld te schenken aan een project in Afrika. Terug thuis heeft de bisschop zijn spaargeld overgemaakt aan Broederlijk Delen.

Een andere keer vertelde hij hoe een meisje hem een woord van het evangelie had doen verstaan. Het ging over de passage waarin Jezus zegt dat wanneer je ergens te gast bent, het goed is te eten en te drinken wat men je voorzet. Schruers interpreteerde deze woorden alsof Jezus ons uitnodigt om onze voeten onder tafel te schuiven en zoveel mogelijk te eten, maar dat meisje vertelde hem hoe ze op bezoek ging bij ‘gastarbeiders’ uit Noord-Afrika waar couscous werd opgediend die wat te zwaar was voor haar tere maag, en hoe ze die toch opat. Ook hoe ze bleef wanneer die mensen vroegen om nog een beetje langer te blijven.



‘Dankjewel.’ Oprecht en met heel zijn hart was dit steevast het laatste woord van een samenzijn. Na een ontbijt bij de bisschop op zaterdagochtend zei een Chiroleider: ‘Op het einde bedankte hij me voor het werk dat ik voor de jeugdbeweging presteer. Dat doet je iets!’

‘Dankjewel om wat je doet.’ ‘Dankjewel om wie je bent.’ ‘Dankjewel om wat je met me deelt.’ ‘Dankjewel, want door jou ben ik meer christen geworden.’ Wie deze woorden mocht horen, mocht vaak inderdaad ervaren - zoals in het eerder genoemde evangeliecitaat - hoe ‘zijn vreugde volkomen werd’.


Voor een PDF-versie van dit artikel klik hier (deel 1) en hier (deel 2).

 

[ Foto's: Bisdom Hasselt ]

 

 

De overname van teksten van deze website is toegelaten voor elk niet-commercieel doel mits vermelding: © Nieuwe Stad Magazine - Antwerpen

______________________________

 

'Wat de bewoners van deze stad nog het meest typeert,

is dat ze diepere levenservaringen delen met elkaar.'


[ lees het artikel ‘Loppiano’ hier ]


Reageer hier op dit artikel

Naam :
E-mail :
Tekst :



Archief

10-2008Met een hart voor jongeren - (pdf)
09-2008Zij voor mij en ik voor hen
06-2008De waarheid van de ogen
05-2008Wie niet liefheeft, is al gestorven
04-2008Uniek charisma van eenheid
04-2008Chiara Lubich - fotoalbum - (videofragmenten)
04-2008Het leven van Chiara Lubich
03-2008Arbeid in een geest van verbondenheid
02-2008Herstelrecht
01-2008Vrijkomen uit de droefheid
12-2007Creatieve minderheden
11-2007Kunst in de gevangenis
10-2007Sport voor iedereen
05-2007Reinigingsmiddelen voor mensen met zorg
© Nieuwe Stad - Beatrijslaan 76 A, B-3110 Rotselaar - nieuwe.stad@scarlet.be - www.nieuwestad.be
© 2014 browsbox - Nieuwe Stad